Söktermen het oneens zijn har 15 resultat
NL Holländska SV Svenska
het oneens zijn (v) [onenigheid] avvika (v) [onenigheid]
het oneens zijn (v) [persoon] avvika (v) [persoon]
het oneens zijn (v) [onenigheid] vara av olika mening (v) [onenigheid]
het oneens zijn (v) [persoon] vara av olika mening (v) [persoon]
het oneens zijn (v) [algemeen] vara oense (v) [algemeen]
NL Holländska SV Svenska
het oneens zijn (v) [onenigheid] vara oense (v) [onenigheid]
het oneens zijn (v) [persoon] vara oense (v) [persoon]
het oneens zijn (v) [onenigheid] inte komma överens (v) [onenigheid]
het oneens zijn (v) [persoon] inte komma överens (v) [persoon]
het oneens zijn (v) [onenigheid] skilja sig i åsikter (v) [onenigheid]
het oneens zijn (v) [persoon] skilja sig i åsikter (v) [persoon]
het oneens zijn (v) [onenigheid] ha annan mening (v) [onenigheid]
het oneens zijn (v) [persoon] ha annan mening (v) [persoon]
het oneens zijn (v) [onenigheid] gå stick i stäv mot (v) [onenigheid]
het oneens zijn (v) [persoon] gå stick i stäv mot (v) [persoon]

NL SV Översättningar för het

het (article adv) [article] det (article adv) [article]
het (o) [bepaald lidwoord] det (o) [bepaald lidwoord]
het (o) [persoonlijk vnw. - lijdend vw.] det (o) [persoonlijk vnw. - lijdend vw.]
het (o) [persoonlijk vnw. - onderwerp] det (o) [persoonlijk vnw. - onderwerp]
het (article adv) [stressed, indicating that the object in question is the only one worthy of attention] det (article adv) [stressed, indicating that the object in question is the only one worthy of attention]
het (article adv) [used as an alternative to a possessive pronoun before body parts] det (article adv) [used as an alternative to a possessive pronoun before body parts]
het (article adv) [with a superlative] det (article adv) [with a superlative]
het (article adv) [with an adjectival noun, as in “the hungry” to mean “hungry people”] det (article adv) [with an adjectival noun, as in “the hungry” to mean “hungry people”]
het (article adv) [article] den (article adv) [article]
het (o) [bepaald lidwoord] den (o) [bepaald lidwoord]

NL SV Översättningar för zijn

zijn (v) [algemeen] {n} vara belägen (v) [algemeen]
zijn (v) [filosofie] {n} vara belägen (v) [filosofie]
zijn (v) [plaats] {n} vara belägen (v) [plaats]
zijn (v) [occupy a place] {n} ligga (v) [occupy a place]
zijn (v) [(archaic) used to form the perfect aspect with certain intransitive verbs] {n} vara (v) [(archaic) used to form the perfect aspect with certain intransitive verbs]
zijn (v) [algemeen] {n} vara (v) [algemeen]
zijn (v) [elliptical form of "be here", or similar] {n} vara (v) [elliptical form of "be here", or similar]
zijn (v) [filosofie] {n} vara (v) [filosofie]
zijn (v) [occupy a place] {n} vara (v) [occupy a place]
zijn (v) [occur, take place] {n} vara (v) [occur, take place]