Söktermen van een lotje getikt har 6 resultat
NL Holländska SV Svenska
van een lotje getikt (a) [gedrag] dåraktig (a) [gedrag]
van een lotje getikt (a) [gedrag] tanklös (a) [gedrag]
van een lotje getikt (a) [gedrag] tokig (a) [gedrag]
van een lotje getikt (a) [gedrag] stollig (a) [gedrag]
van een lotje getikt (a) [gedrag] snurrig (a) [gedrag]
NL Holländska SV Svenska
van een lotje getikt (a) [gedrag] knäpp (a) {n} [gedrag]

NL SV Översättningar för van

van (o) [algemeen] för (o) [algemeen]
van (o) [algemeen] till (o) [algemeen]
van (o) [bezit] (o) [bezit]
van (o) [boeken] (o) [boeken]
van (o) [oorsprong] (o) [oorsprong]
van (o) [plaats] (o) [plaats]
van (o) [tijd] (o) [tijd]
van (o) [bezit] av (o) [bezit]
van (o) [boeken] av (o) [boeken]
van (o) [materiaal] av (o) [materiaal]

NL SV Översättningar för een

een (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion] {m} komplimentera (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion]
een (a) [algemeen] {m} något (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} något (a) [hoofdtelwoord]
een (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} något (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]
een (n v) [to bathe using a shower] {m} duscha (n v) [to bathe using a shower]
een (a) [algemeen] {m} en (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} en (a) [hoofdtelwoord]
een (o) [hoofdtelwoord] {m} en (o) [hoofdtelwoord]
een (conj n prep) [indefinite article] {m} en (conj n prep) [indefinite article]
een (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} en (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]

NL SV Översättningar för getikt

getikt (a) [gedrag] dåraktig (a) [gedrag]
getikt (a) [gedrag] tanklös (a) [gedrag]
getikt (a) [gedrag] tokig (a) [gedrag]
getikt (adj adv n) [insane, demented] tokig (adj adv n) [insane, demented]
getikt (a) [niet goed snik] tokig (a) [niet goed snik]
getikt (adj adv n) [insane, demented] galen (adj adv n) [insane, demented]
getikt (a) [gedrag] stollig (a) [gedrag]
getikt (a) [gedrag] snurrig (a) [gedrag]
getikt (a) [gedrag] knäpp (a) {n} [gedrag]
getikt (a) [niet goed snik] fnoskig (a) [niet goed snik]