Söktermen veroorzaken har 57 resultat
NL Holländska SV Svenska
veroorzaken (v) [moeilijkheden] orsaka (v) [moeilijkheden]
veroorzaken (v) [moeilijkheden] framkalla (v) [moeilijkheden]
veroorzaken (v) [oorzaak] framkalla (v) [oorzaak]
veroorzaken (v) [opstand] framkalla (v) [opstand]
veroorzaken (v) [ramp] framkalla (v) [ramp]
veroorzaken (v) [reactie] framkalla (v) [reactie]
veroorzaken (v) [schade] framkalla (v) [schade]
veroorzaken (v) [teweegbrengen] framkalla (v) [teweegbrengen]
veroorzaken (v) [oorzaak] provocera (v) [oorzaak]
veroorzaken (v) [ramp] provocera (v) [ramp]
veroorzaken (v) [reactie] provocera (v) [reactie]
veroorzaken (v) [teweegbrengen] provocera (v) [teweegbrengen]
veroorzaken (v) [oorzaak] utlösa (v) [oorzaak]
veroorzaken (v) [reactie] utlösa (v) [reactie]
veroorzaken (v) [algemeen] orsaka (v) [algemeen]
veroorzaken (v) [algemeen] framkalla (v) [algemeen]
veroorzaken (v) [oorzaak] orsaka (v) [oorzaak]
veroorzaken (v) [opstand] orsaka (v) [opstand]
veroorzaken (v) [ramp] orsaka (v) [ramp]
veroorzaken (v) [schade] orsaka (v) [schade]
veroorzaken (v) [teweegbrengen] orsaka (v) [teweegbrengen]
veroorzaken (n v) [to set off an event or action] orsaka (n v) [to set off an event or action]
veroorzaken (v) [algemeen] frambringa (v) [algemeen]
veroorzaken (v) [moeilijkheden] frambringa (v) [moeilijkheden]
veroorzaken (v) [oorzaak] frambringa (v) [oorzaak]
veroorzaken (v) [opstand] frambringa (v) [opstand]
veroorzaken (v) [ramp] frambringa (v) [ramp]
veroorzaken (v) [schade] frambringa (v) [schade]
veroorzaken (v) [teweegbrengen] frambringa (v) [teweegbrengen]
veroorzaken (v) [moeilijkheden] vålla (v) [moeilijkheden]
veroorzaken (v) [algemeen] sätta igång (v) [algemeen]
veroorzaken (v) [moeilijkheden] sätta igång (v) [moeilijkheden]
veroorzaken (v) [opstand] sätta igång (v) [opstand]
veroorzaken (v) [ramp] sätta igång (v) [ramp]
veroorzaken (v) [schade] sätta igång (v) [schade]
veroorzaken (v) [teweegbrengen] sätta igång (v) [teweegbrengen]
veroorzaken (v) [algemeen] anstifta (v) [algemeen]
veroorzaken (v) [moeilijkheden] anstifta (v) [moeilijkheden]
veroorzaken (v) [opstand] anstifta (v) [opstand]
veroorzaken (v) [ramp] anstifta (v) [ramp]
veroorzaken (v) [schade] anstifta (v) [schade]
veroorzaken (v) [teweegbrengen] anstifta (v) [teweegbrengen]
veroorzaken (v) [algemeen] vålla (v) [algemeen]
veroorzaken (v) [To draw out, bring out.] få fram (v) [To draw out, bring out.]
veroorzaken (v) [oorzaak] vålla (v) [oorzaak]
veroorzaken (v) [opstand] vålla (v) [opstand]
veroorzaken (v) [ramp] vålla (v) [ramp]
veroorzaken (v) [schade] vålla (v) [schade]
veroorzaken (v) [teweegbrengen] vålla (v) [teweegbrengen]
veroorzaken (v) [algemeen] förorsaka (v) [algemeen]
veroorzaken (v) [moeilijkheden] förorsaka (v) [moeilijkheden]
veroorzaken (v) [oorzaak] förorsaka (v) [oorzaak]
veroorzaken (v) [opstand] förorsaka (v) [opstand]
veroorzaken (v) [ramp] förorsaka (v) [ramp]
veroorzaken (v) [schade] förorsaka (v) [schade]
veroorzaken (v) [teweegbrengen] förorsaka (v) [teweegbrengen]
veroorzaken (n v) [to set off an event or action] förorsaka (n v) [to set off an event or action]

Holländska Svenska översättingar