Söktermen je kon een speld horen vallen har 3 resultat
Hoppa till

NL SV Översättningar för je

je (o) [algemeen] er (o) [algemeen]
je (pronoun determiner) [object pronoun: the group being addressed] er (pronoun determiner) [object pronoun: the group being addressed]
je (o) [persoonlijk vnw. - lijdend vw. - enk.] er (o) [persoonlijk vnw. - lijdend vw. - enk.]
je (o) [persoonlijk vnw. - meewerkend vw. - enk.] er (o) [persoonlijk vnw. - meewerkend vw. - enk.]
je (o) [persoonlijk vnw. - onderwerp - enk.] er (o) [persoonlijk vnw. - onderwerp - enk.]
je (o) [wederkerend vnw. - enk.] er (o) [wederkerend vnw. - enk.]
je (o) [wederkerend voornaamwoord - mv.] er (o) [wederkerend voornaamwoord - mv.]
je (pronoun) [belonging to you (singular; one owner)] din (pronoun) [belonging to you (singular; one owner)]
je (a) [bez. bijv. nw. - mv. - één pers.] din (a) [bez. bijv. nw. - mv. - één pers.]
je (a) [bezittelijk bijvoeglijk nw. - enk.] din (a) [bezittelijk bijvoeglijk nw. - enk.]

NL SV Översättningar för een

een (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion] {m} komplimentera (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion]
een (a) [algemeen] {m} något (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} något (a) [hoofdtelwoord]
een (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} något (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]
een (n v) [to bathe using a shower] {m} duscha (n v) [to bathe using a shower]
een (a) [algemeen] {m} en (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} en (a) [hoofdtelwoord]
een (o) [hoofdtelwoord] {m} en (o) [hoofdtelwoord]
een (conj n prep) [indefinite article] {m} en (conj n prep) [indefinite article]
een (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} en (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]

NL SV Översättningar för horen

horen (v) [passen] {m} passa (v) [passen]
horen (v) [noodzakelijkheid] {m} behöva (v) [noodzakelijkheid]
horen (v) [noodzakelijkheid] {m} måste (v) [noodzakelijkheid]
horen (n) [anatomie - zoölogie] {m} horn (n) {n} [anatomie - zoölogie]
horen (v) [noodzakelijkheid] {m} vara tvungen att (v) [noodzakelijkheid]
horen (v prep) [be accepted in a group] {m} tillhöra (v prep) [be accepted in a group]
horen (v) [passen] {m} anstå (v) [passen]
horen (v) [passen] {m} vara lämplig (v) [passen]
horen (v) [plaats] {m} ha sin plats (v) [plaats]
horen (v) [plaats] {m} höra hemma (v) [plaats]

NL SV Översättningar för vallen

vallen (v) [aantal] {n} minska (v) [aantal]
vallen (v) [categorie] {n} minska (v) [categorie]
vallen (v) [intransitief] {n} minska (v) [intransitief]
vallen (v) [prijzen] {n} minska (v) [prijzen]
vallen (v) [tijd] {n} minska (v) [tijd]
vallen (v) [verkoop] {n} minska (v) [verkoop]
vallen (v) [aantal] {n} avta (v) [aantal]
vallen (v) [categorie] {n} avta (v) [categorie]
vallen (v) [intransitief] {n} avta (v) [intransitief]
vallen (v) [prijzen] {n} avta (v) [prijzen]