Söktermen zijn aandeel in een zaak verkopen har 2 resultat
Hoppa till
NL Holländska SV Svenska
zijn aandeel in een zaak verkopen (v) [bedrijf] sälja (v) [bedrijf]
zijn aandeel in een zaak verkopen (v) [bedrijf] sälja sin andel i ett företag (v) [bedrijf]

NL SV Översättningar för zijn

zijn (v) [algemeen] {n} vara belägen (v) [algemeen]
zijn (v) [filosofie] {n} vara belägen (v) [filosofie]
zijn (v) [plaats] {n} vara belägen (v) [plaats]
zijn (v) [occupy a place] {n} ligga (v) [occupy a place]
zijn (v) [(archaic) used to form the perfect aspect with certain intransitive verbs] {n} vara (v) [(archaic) used to form the perfect aspect with certain intransitive verbs]
zijn (v) [algemeen] {n} vara (v) [algemeen]
zijn (v) [elliptical form of "be here", or similar] {n} vara (v) [elliptical form of "be here", or similar]
zijn (v) [filosofie] {n} vara (v) [filosofie]
zijn (v) [occupy a place] {n} vara (v) [occupy a place]
zijn (v) [occur, take place] {n} vara (v) [occur, take place]

NL SV Översättningar för aandeel

aandeel (n) [deel] {n} stycke (n) {n} [deel]
aandeel (n v adj) [finance: capital raised by a company] {n} aktie (n v adj) [finance: capital raised by a company] (u)
aandeel (n v) [financial instrument] {n} aktie (n v) [financial instrument] (u)
aandeel (n) [deel] {n} intresse (n) {n} [deel]
aandeel (n) [geld] {n} intresse (n) {n} [geld]
aandeel (n) [participatie] {n} intresse (n) {n} [participatie]
aandeel (n v) [portion of something] {n} andel (n v) [portion of something] (u)
aandeel (n) [deel] {n} engagemang (n) {n} [deel]
aandeel (n) [geld] {n} engagemang (n) {n} [geld]
aandeel (n) [participatie] {n} engagemang (n) {n} [participatie]

NL SV Översättningar för in

in (o) [in elk] (o) [in elk]
in (o) [nabijheid] (o) [nabijheid]
in (o) [richting] (o) [richting]
in (o) [voorzetsel] (o) [voorzetsel]
in (o) [in elk] vid (o) [in elk]
in (o) [nabijheid] vid (o) [nabijheid]
in (o) [richting] vid (o) [richting]
in (o) [voorzetsel] vid (o) [voorzetsel]
in (o) [in elk] nära (o) [in elk]
in (o) [nabijheid] nära (o) [nabijheid]

NL SV Översättningar för een

een (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion] {m} komplimentera (n v) [to pay a compliment; to express a favorable opinion]
een (a) [algemeen] {m} något (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} något (a) [hoofdtelwoord]
een (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} något (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]
een (n v) [to bathe using a shower] {m} duscha (n v) [to bathe using a shower]
een (a) [algemeen] {m} en (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} en (a) [hoofdtelwoord]
een (o) [hoofdtelwoord] {m} en (o) [hoofdtelwoord]
een (conj n prep) [indefinite article] {m} en (conj n prep) [indefinite article]
een (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} en (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]

NL SV Översättningar för zaak

zaak (n) [aangelegenheid] {m} mål (n) {n} [aangelegenheid]
zaak (n) [rechten] {m} mål (n) {n} [rechten]
zaak (n v) [in legal context, a corporation] {m} verksamhet (n v) [in legal context, a corporation] (u)
zaak (n) [geneeskunde] {m} fall (n) {n} [geneeskunde]
zaak (n) [bedrijf] {m} företag (n) {n} [bedrijf]
zaak (n) [boodschappen] {m} företag (n) {n} [boodschappen]
zaak (n) [handel] {m} företag (n) {n} [handel]
zaak (n) [winkel] {m} företag (n) {n} [winkel]
zaak (n) [probleem] {m} spörsmål (n) {n} [probleem]
zaak (n) [aangelegenheid] {m} rättsfall (n) {n} [aangelegenheid]

NL SV Översättningar för verkopen

verkopen (v n) [to agree to transfer goods or provide services] {n} erbjuda (v n) [to agree to transfer goods or provide services]
verkopen (v n) [to agree to transfer goods or provide services] {n} förråda (v n) [to agree to transfer goods or provide services]
verkopen (v n) [to agree to transfer goods or provide services] {n} realisera (v n) [to agree to transfer goods or provide services]
verkopen (v n) [to agree to transfer goods or provide services] {n} kränga (v n) [to agree to transfer goods or provide services]
verkopen (v) [handel] {n} sälja (v) [handel]
verkopen (v) [rechten] {n} sälja (v) [rechten]
verkopen (v n) [to agree to transfer goods or provide services] {n} sälja (v n) [to agree to transfer goods or provide services]
verkopen (v) [handel] {n} försälja (v) [handel]
verkopen (v) [rechten] {n} försälja (v) [rechten]
verkopen (v n) [to agree to transfer goods or provide services] {n} tillhandahålla (v n) [to agree to transfer goods or provide services]